Vloek van de voodoo dwingt vrouwen tot prostitutie

Als ze niet met de mannen naar bed gaan, worden ze behekst. Vele vrouwen uit het buitenland worden met voodoo-vloeken in de prostitutie gedwongen. Ook in Nederland. „Sommigen sprongen voor de trein.”
AD 01-06-19

Nigerianen die het voorgeschoten geld voor de oversteek naar Europa niet terugbetalen of die niet gehoorzamen, worden vervloekt. Het geloof daarin is zo sterk dat het vrouwen in de prostitutie kan dwingen. Tegelijkertijd voorkomt het dat slachtoffers hun verhaal doen aan politie of hulpverlening. „De angst voor die vloek is zo reëel, dat kunnen wij ons niet voorstellen. We kunnen de meiden niet helpen omdat ze er heilig van zijn overtuigd dat de voodoo werkt”, zeggen Glenn van den Akker en Daniëlle van Went van het Expertisecentrum Mensenhandel en (jeugd)Prostitutie in Eindhoven.

De twee kunnen zo een stuk of tien zaken opnoemen waarbij ze het afgelopen halfjaar werden geconfronteerd met voodoo. En niet alleen bij Nigeriaanse slachtoffers. Het gaat ook om vrouwen uit de Antillen, Haïti, Suriname of Jemen.

Wie even voorbij het exotische fenomeen van de vloek kijkt, ziet het vaste recept van de mensenhandelaar. Die maakt misbruik van de kwetsbaarheid van zijn slachtoffers, weet Van Went. „De ene vrouw heeft bijvoorbeeld een drugsverslaving, de ander is verstandelijk beperkt en de derde heeft geldproblemen. In dit geval maakten ze misbruik van de angst die de vrouwen hebben voor de vloek van de voodoo.”

Geronseld

In de asielzoekerscentra in Budel en het Limburgse Baexem weten ze daar alles van. Eveline Langen van Vluchtelingenwerk liep op die laatste locatie Abby tegen het lijf. Ze is een van de velen, vrijwel allemaal vertellen ze hetzelfde verhaal. En dat begint met dat ze door iemand in eigen land worden geronseld , weet Langen. „Mannen wordt een baantje in de landbouw beloofd. Tegen bijna alle dames zeggen ze: ‘Je kunt zulke mooie weaves (haarextensies, red.) aanleggen, daarvoor is in Europa altijd werk.’”

De ronselaar schiet de kosten van de reis, veelal via Libië en Italië, voor en regelt het vervoer. De vrouwen beloven op hun beurt het geleende geld terug te betalen. Die afspraken wordt met de eerder beschreven eed vastgelegd bij een priester. „Dat klinkt misschien gek. Maar waar wij Nederlanders naar de notaris zouden gaan, stappen ze in Nigeria naar een priester”, zegt Van den Akker.

Mensenhandelaren

Het is precies hoe de ellende voor Abby begint. De Nigeriaanse doet haar verhaal in een klein kamertje van het oude kloostergebouw dat in Baexem dienst doet als azc. Vlak daarvoor is ze op haar slippers binnen komen schuifelen, in een zwart hemdje en haar ingevlochten haar verborgen onder een muts. Haar stem is net zo zacht als de handdruk waarmee ze kennismaakt. Maar haar woorden maken diepe indruk.

In de Nigeriaanse hoofdstad Lagos loopt Abby voor het eerst de ronselaar tegen het lijf die haar een baantje in een schoonheidssalon belooft. „Ik kon werken bij een madam die een eigen zaak had in Italië. Ik zou haar elke maand een beetje terugbetalen met het geld dat ik verdiende.” Maar als ze in Italië aankomt, is er helemaal geen salon. In plaats daarvan wacht een matras. Abby is radeloos: „Ik kon helemaal niks. Ik had geen geld, geen eten, geen onderdak. En je hebt de eed afgelegd. ‘I’ve sworn to pay back the money.’”

En dus doet ze wat de mensenhandelaren willen dat ze doet. Ze vertelt over de mannen met wie ze naar bed moet. Het zijn er vier, vijf, soms wel zes per dag. De meesten dragen geen condoom, sommigen slaan haar tijdens de seks. Van het geld dat ze betalen, ziet Abby geen cent. Afrekenen gebeurt voor binnenkomst bij de madam. „Als ik niet meewerkte, dan kreeg ik geen eten en werd ik geslagen. Ze behandelden met als een beest. Vluchten? Je hebt die eed afgelegd, ze weten precies waar je bent. Voor de vloek kun je niet vluchten.”

Slachtoffers

De slachtoffers kennen allemaal hun eigen voorbeelden van wat er gebeurt als je toch naar de politie stapt of op de vlucht slaat. Van iemand die probeerde te ontsnappen, werd een zus in Nigeria vermoord. „Dat hadden de mensenhandelaren laten doen”, bevestigt Langen het verhaal. „Ze geloven zo heilig in die vloek, dat alles wat hun overkomt op een gegeven moment wordt gerelateerd aan voodoo. Als ze aangifte hebben gedaan en ze hebben de volgende ochtend hoofdpijn, dan zeggen ze: ‘Zie je wel, dat is de voodoo.’ Of ze hebben last van slapeloosheid en jeuk over het hele lichaam.”

En dus stappen de meeste slachtoffers nooit naar de politie of naar de hulpverlening. En als ze er al mee in contact komen, gaat het met geen woord over de eed. Ook al niet omdat veel hulpverleners er weinig vanaf weten.

De vrouwen overtuigen uit de prostitutie te stappen, is niet makkelijk. Van Went: „De eerste keer vertel je dat die voodoo allemaal onzin is. Maar zo werkt het natuurlijk niet. De angst voor die vloek is zo reëel, dat kunnen wij ons niet voorstellen.” Hoe kunnen de vrouwen wel worden geholpen? „Door in hun bijgeloof mee te gaan. We hebben al verschillende keren gebruik gemaakt van een Nederlandse voodoo-priesteres om vloeken op te heffen”, vertelt Van den Akker.

Maar het ligt allemaal nogal ingewikkeld. Daar weet Abby alles van. In het begin denkt ze nog uit de Italiaanse hel te kunnen ontsnappen als ze de lening maar terugbetaalt. „Elke dag vroeg ik de madam hoeveel geld ze nog van me tegoed had. Het was nooit genoeg. Ik weet zeker dat mijn reis naar Europa niet meer dan 20.000 dollar heeft gekost, maar ik moest veel meer terugbetalen. Op een gegeven moment zei ze dat ik haar 60.000 dollar schuldig was.”

Radeloosheid

Abby beseft dat ze de lening waarschijnlijk nooit kan aflossen. Ondertussen ziet ze radeloosheid bij Nigeriaanse vrouwen om haar heen. „Verschillende van hen hadden hiv. Ik ken vrouwen die zo wanhopig waren dat ze voor de trein zijn gesprongen.” De onveilige seks leidt verder tot zwangerschappen, ook bij Abby. „Ik heb denk ik wel vijf abortussen gehad.” Het is al die ellende die haar net het benodigde duwtje geeft om de vloek te trotseren. Ze laat haar spullen achter en vlucht naar Nederland. „De madam en de organisatie waar zij mee samenwerkt, weet niet waar mijn familie is. Dus ik liep alleen zelf risico.” Is ze niet bang dat haar iets overkomt? „Ik heb de afgelopen jaren zo veel meegemaakt, heb zo veel verschrikkelijke dingen gezien. Wat heb ik nog te verliezen? Als ik doodga, dan is het maar zo.”

Geen hiv

In Nederland blijkt ze bij een controle geen hiv te hebben. En nog belangrijker, vindt ze: ze kan ondanks alle abortussen nog kinderen krijgen. Het biedt haar een klein beetje hoop op een betere toekomst. Hoop die hard nodig is. Want de kans dat ze in Nederland mag blijven is klein. Waarschijnlijk moet ze terug naar Italië. Terug naar de hel.